Baarmoederpoliepen

Baarmoederpoliepen zijn zachte vlezige uitgroeisels van het baarmoederslijmvlies (het endometrium), meestal met een diameter van minder dan 1 cm, die vaak zo zijn afgeplat dat ze in de baarmoederholte passen.

De steel van de poliep (of pedikel) is meestal kort, maar soms groeit hij lang genoeg om de poliep uit de baarmoederhals (de onderste opening van de baarmoeder) te laten steken. Baarmoederpoliepen komen vaak voor en er kan zich meer dan één poliep in de baarmoederholte bevinden. Soms groeien kleine submucosale myomen op een steeltje en presenteren zich als baarmoederpoliepen (zie informatieblad over myomen). Poliepen zijn gevoelig voor bloedingen en grote poliepen kunnen bijdragen tot onvruchtbaarheid en miskraam. Baarmoederpoliepen kunnen zich ontwikkelen bij pre- of postmenopauzale vrouwen. Zeer zelden kunnen poliepen kanker veroorzaken.

Symptomen

Veel vrouwen die baarmoederpoliepen hebben, vertonen helemaal geen symptomen. Bij anderen kunnen een of meer van de volgende symptomen aanwezig zijn:

  • Onregelmatige menstruatiebloedingen, zoals bloedingen van wisselende hoeveelheid en met frequente en onvoorspelbare tussenpozen
  • Bloedingen tussen de menstruaties
  • Extra hevige menstruaties
  • Normale vaginale afscheiding
  • Vaginale bloedingen na de menopauze

Diagnose

Een diagnose van een poliep wordt vaak gesteld door middel van hysteroscopie. Hysteroscopie is een procedure waarbij een dunne telescoop in de baarmoederholte wordt ingebracht waardoor de chirurg in de baarmoeder kan kijken. Een echografie kan ook een baarmoederpoliep opsporen, maar een echografie is niet altijd correct, vooral bij jongere vrouwen die nog menstrueren. Verdikte plooien van de baarmoederslijmvlies kunnen op een echografie worden geïnterpreteerd als poliepen. Om een nauwkeurige diagnose te stellen, is vaak hysteroscopisch onderzoek nodig. De definitieve diagnose van een baarmoederpoliep wordt gesteld wanneer de poliep wordt verwijderd en naar het laboratorium wordt gestuurd. Het laboratorium bevestigt de aanwezigheid van de poliep en welk type poliep het is.

Occasioneel kunnen met andere diagnostische technieken, zoals een hystosalpingografie (röntgenfoto van de baarmoeder wordt gemaakt nadat deze met een kleurstof is gevuld) en salinesonografie (echografie wordt gemaakt nadat de baarmoederholte met normale zoutoplossing is gevuld), baarmoederpoliepen worden opgespoord. Het is belangrijk dat een weefselmonster van de poliep wordt opgestuurd voor biopsie om kanker uit te sluiten.

Behandeling

Eenmaal geïdentificeerd, kunnen poliepen operatief worden verwijderd door middel van een hysteroscoop. Verwijdering van poliepen is aan te bevelen bij alle vrouwen met klachten en bij vrouwen na de overgang. Hysteroscopische verwijdering van baarmoederpoliepen kan zonder verdoving of onder plaatselijke verdoving worden uitgevoerd. Soms is algehele anesthesie nodig voor deze ingreep. Eenmaal verwijderde baarmoederpoliepen kunnen terugkomen. Het is mogelijk dat u meer dan eens een behandeling moet ondergaan als u last heeft van terugkerende baarmoederpoliepen. Als de poliepen precancereuze of kankercellen blijken te bevatten, kan hysterectomie (verwijdering van de baarmoeder) noodzakelijk worden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *