Biology for Majors II (Nederlands)

Lear Outcomes

  • Beschrijf de twee stadia van de levenscyclus van een plant

De geslachtelijke voortplanting vindt plaats met kleine variaties bij verschillende groepen planten. Planten hebben twee verschillende stadia in hun levenscyclus: het gametofytenstadium en het sporofytenstadium. De haploïde gametofyt produceert de mannelijke en vrouwelijke gameten door mitose in afzonderlijke meercellige structuren. Fusie van de mannelijke en vrouwelijke gameten vormt de diploïde zygote, die zich ontwikkelt tot de sporofyt. Na rijpheid produceert de diploïde sporofyt sporen door meiose, die zich op hun beurt door mitose delen om de haploïde gametofyt te produceren. De nieuwe gametofyt produceert gameten, en de cyclus gaat verder. Dit is de afwisseling van generaties, en is typerend voor de voortplanting van planten (figuur 1).

Illustratie toont de levenscyclus van angiospermen, die een microgametofyt stadium en een megagametofyt stadium omvat. De levenscyclus begint met de samensmelting van eicel en zaadcel tot een zygote. De zygote ondergaat mitose, wat resulteert in een mannelijke microsporofyt of een vrouwelijke megasporofyt. De microsporofyt heeft een cluster van cellen die microsporangium wordt genoemd, en de megasporofyt heeft een cluster van cellen die megasporangium wordt genoemd. Door meiose vormt het microsporangium microsporen, en het megasporangium megasporiën. Zowel de microsporen als de megasporen ondergaan mitose, waardoor respectievelijk de microgametofyt en de megagametofyt worden gevormd. Binnen de microgametofyt voltooit de versmelting van eicel en zaadcel de cyclus.

Figuur 1. De afwisseling van generaties in angiospermen wordt in dit diagram weergegeven. (krediet: bewerking van werk van Peter Coxhead)

De levenscyclus van hogere planten wordt gedomineerd door het sporofytenstadium, waarbij de gametofyt op de sporofyt wordt gedragen. Bij varens is de gametofyt vrijlevend en qua structuur zeer verschillend van de diploïde sporofyt. Bij bryofyten, zoals mossen, is de haploïde gametofyt meer ontwikkeld dan de sporofyt.

Tijdens de vegetatieve groeifase worden planten groter en produceren een scheutensysteem en een wortelstelsel. Als ze in de reproductieve fase komen, beginnen sommige takken bloemen te dragen. Veel bloemen worden alleen gedragen, terwijl andere in trossen worden gedragen. De bloem wordt gedragen op een steel, receptaculum genaamd. Bloemvorm, -kleur en -grootte zijn uniek voor elke soort, en worden vaak door taxonomen gebruikt om planten te classificeren.

Probeer het

Bijdragen!

Heeft u een idee voor het verbeteren van deze inhoud? We horen graag uw input.

Verbeter deze paginaLees meer

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *