Evidence-Based MedicineAntithrombotic Therapy for VTE Disease: CHEST Guideline and Expert Panel Report

Results

Voor VTE en geen kanker, als antistollingstherapie op lange termijn, stellen wij dabigatran (graad 2B), rivaroxaban (graad 2B), apixaban (graad 2B), of edoxaban (graad 2B) voor boven vitamine K antagonist (VKA) therapie, en stellen VKA therapie voor boven laag-moleculair-gewicht heparine (LMWH; graad 2C). Voor VTE en kanker stellen we LMWH voor boven VKA (graad 2B), dabigatran (graad 2C), rivaroxaban (graad 2C), apixaban (graad 2C), of edoxaban (graad 2C). Wij hebben de aanbevelingen voor wie na 3 maanden moet stoppen met antistolling of een verlengde therapie moet krijgen, niet gewijzigd. Voor VTE behandeld met anticoagulantia raden wij een inferieure vena cava filter af (Graad 1B). Voor DVT stellen wij voor om niet routinematig compressiekousen te gebruiken om PTS te voorkomen (Graad 2B). Voor subsegmentale longembolie en geen proximale DVT, stellen wij klinische bewaking voor boven antistolling bij een laag risico op recidief VTE (Graad 2C), en antistolling boven klinische bewaking bij een hoog risico (Graad 2C). Wij stellen trombolytische therapie voor bij longembolie met hypotensie (Graad 2B), en systemische therapie boven katheter-geleide trombolyse (Graad 2C). Voor recidiverende VTE op een niet-LMWH anticoagulans, stellen wij LMWH voor (Graad 2C); voor recidiverende VTE op LMWH, stellen wij verhoging van de LMWH dosis voor (Graad 2C).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *