Mario Kart was een belangrijk onderdeel van mijn jeugd – mijn vrienden en ik brachten na school uren door als Mario, Luigi en andere personages uit het Nintendo-universum om over cartooneske circuits te racen en pixelachtige bananen naar elkaar te gooien. Eén ding dat ons groepje snelheidsduivels altijd dwarszat, was de vraag welk personage het beste was. Sommigen zwoeren bij de snelle Yoshi, anderen beweerden dat de grote, zware Bowser de beste optie was. Destijds waren er slechts acht opties om uit te kiezen; spoel door naar de huidige versie van de Mario Kart-franchise en de vraag is nog ingewikkelder omdat je verschillende karts en banden kunt kiezen die bij je personage passen. Mijn Mario Kart-reflexen zijn niet meer wat ze geweest zijn, maar ik ben beter in data science dan ik als vierde klasser was, dus in deze post zal ik data gebruiken om eindelijk antwoord te geven op de vraag “Wie is het beste personage in Mario Kart?”
Dit is een lastige vraag omdat er nu tonnen mogelijke personage/kart/band-configuraties zijn en ze hebben allemaal sterk uiteenlopende stats over een aantal attributen. In het algemeen is het niet mogelijk om in meerdere dimensies tegelijk te optimaliseren, maar sommige setups zijn ontegenzeggelijk slechter dan andere. De vraag voor een Mario Kart-kampioen in spe is tegenwoordig: “Hoe kan ik een combinatie van personage, kart en band kiezen die in zekere zin optimaal is, zelfs als er niet één ‘beste’ optie is?” Om deze vraag te beantwoorden wenden we ons tot een van Mario’s landgenoten, de negentiende-eeuwse Italiaanse econoom Vilfredo Pareto die het concept van Pareto-efficiëntie en de daarmee samenhangende Pareto-grens introduceerde.
Het concept van Pareto-efficiëntie is van toepassing op situaties waarin er sprake is van een eindige pool van middelen en meerdere concurrerende uitkomsten die afhangen van hoe die middelen worden toegewezen. De “Pareto-efficiënte” toewijzingen zijn die waarbij het onmogelijk is het ene resultaat te verbeteren zonder een ander resultaat te verslechteren. Dit is eenvoudiger uit te leggen met een plaatje (met dank aan Wikipedia).