Roald Dahl’s kindertijd

13 sep 1916 – de datum waarop Roald Dahl werd geboren, in Llandaff, Cardiff, uit ouders Harald Dahl en Sofie Magdalene Hesselberg.

Wist u dat?

Roalds naam wordt niet uitgesproken als “Ro-ald” of “Rold” zoals in het Engels gebruikelijk is. De correcte, Noorse uitspraak is eigenlijk “Roooo-al”, met een langgerekt “Roo”, “all” als het einde van bal, en een stille D.

1,45 miljoen pond – de prijs waarvoor Roald Dahl’s geboortehuis Villa Marie (nu Ty Gwyn genaamd) te koop werd aangeboden, in 2013.

Boven: De voormalige Noorse kerk in Cardiff, gebouwd in 1868 door de Noorse Zending voor Zeelieden, waarin Roald Dahl eind 1916 werd gedoopt. De kerk stond oorspronkelijk in Bute West Dock, maar werd in 1987 ontmanteld en in 1992, twee jaar na Dahl’s dood, op de huidige plaats herbouwd. Dahl was de voorzitter van de Norwegian Church Preservation Society. (Credit: Eirian Evans, via Wikimedia Commons).

Wist u dat?

Roald Dahl is vernoemd naar de beroemde Noorse poolreiziger Roald Amundsen, die 5 jaar voor Dahl’s geboorte de eerste expeditie leidde die de Zuidpool bereikte (op 14 december 1911).

1918 – het jaar waarin de familie Dahl naar Radyr verhuisde, en naar Ty Mynydd (Welsh, wat ‘Berghuis’ betekent), een imposante Victoriaanse boerderij (nu afgebroken) die Roald later zou beschrijven als “een machtig huis met torentjes op het dak en met majestueuze gazons en terrassen eromheen” (Boy).

150 acres – de omvang van de boerderij die bij Ty Mynydd hoorde, met een aantal bijgebouwen (waaronder een varkensstal), grote tuinen, een croquetveld en grote kassen.

1967 – het jaar waarin Ty Mynydd werd afgebroken, toen Roald 50 jaar oud was.

Boven: Roald Dahl en zijn zussen gefotografeerd tijdens een vakantie in Tenby, Wales, circa 1924 (L-R: Asta, Else, Alfhild, Roald).

5 – het aantal kinderen geboren uit Harald en Sofie; Roald en zijn zussen Astri, Alfhild, Else en Asta. Roald had ook een halfzuster, Ellen Marguerite (geb: 1903), en een halfbroer, Louis (geb: 1906), uit het eerste huwelijk van zijn vader.

De kinderen van Harald en Sofie

Astri Dahl Dec 1912 – 1920
Alfhild Dahl 1914 – 1967
Roald Dahl 13 sep 1916 – 23 nov 1990
Else Kirsten Dahl 15 dec 1917 – dec 1998
Asta Dahl 1920 –

3 – Roalds leeftijd toen zijn oudere zus Astri stierf aan een blindedarmontsteking, 7 jaar oud, in februari 1920.

Hij adoreerde haar mateloos, en haar plotselinge dood liet hem dagenlang letterlijk sprakeloos achter. Hij was zo overweldigd door verdriet dat toen hij een maand later zelf een longontsteking kreeg, het hem niet veel kon schelen of hij bleef leven of niet. – Roald Dahl over het verdriet van zijn vader over het overlijden van Astri, uit ‘Boy’.

57 – de leeftijd waarop Roalds vader Harald aan een longontsteking bezweek en stierf (ongeveer een maand na de dood van Astri).

6 – het aantal kinderen dat Sofie Magdalene Dahl (toen 35 jaar oud) alleen moest opvoeden; Roald, zijn zussen Alfhild en Else, zijn stiefzussen Ellen en Louis, en Asta, van wie Sofie zwanger was op het moment van Haralds dood. Sofie verhuisde het gezin terug naar Llandaff en verhuisde naar een kleiner en bescheidener huis, Cumberland Lodge (nu onderdeel van Howell School).

1921 – het jaar dat Roald naar de kleuterschool ging, samen met zijn zusjes Alfhild, Else en Asta, in de kleuterschool Elmtree House in Llandaff.

Boven: De speelvelden van Llandaff Cathedral School, met de kathedraal op de achtergrond.

Cathedral School Llandaff

7 – de leeftijd waarop Dahl de kleuterschool verliet en doorstroomde naar Llandaff Cathedral School, een voorbereidende school voor jongens, die daar in 1923 begon.

100 – het geschatte aantal jongens op de Cathedral School, verdeeld over zes schoolvormen.

6 – de leeftijd van de jongste leerlingen van het eerste leerjaar.

12 – de leeftijd van de oudste leerlingen van het zesde leerjaar.

4 – het aantal jongens met wie Roald van en naar school liep, en die de bende vormden die betrokken was bij zijn beruchtste kindergrap, Het Grote Muizenplot. (zie het paneel hieronder)

2 – het aantal herinneringen aan de school in Llandaff dat Roald in zijn autobiografie Boy (1984) ophaalt; deze herinneringen waren aan het verafgoden van een oudere jongen die op een schoolochtend langs Roald heen denderde, handsfree fietsend, en aan het snoepwinkeltje dat later het toneel zou worden van zijn Mouse Plot ondeugendheid.

6p – het bedrag dat Roald en zijn vrienden wekelijks aan zakgeld ontvingen, waarvan het grootste deel werd uitgegeven in de snoepwinkel.

2 – het aantal soorten snoep waar Roald een voorkeur voor had; Zoethout Bootlaces en Sherbert Suckers.

Wist je dat?

Een van Roalds vrienden, een jongen die Thwaites heette, had een vader die arts was. De jongen vertelde dat zijn vader beweerde dat Drop Bootlaces werd gemaakt van rattenbloed, dat werd gewonnen door het ongedierte te koken en te verpulveren tot ‘rattenbrij’. De dokter beweerde ook dat de ratten werden gedood met een gif dat in de snoepjes achterbleef, en dat kinderen veranderde in lijders aan puntige tanden, rattenstaarten en ‘ratitis’. Thwaites vermeed de snoepjes, maar ze bleven favoriet bij Roald.

2p – het bedrag dat een rattenvanger volgens dr. Thwaites kreeg voor elke rat die hij afleverde bij de Liquorice Bootlace Factory.

2 – het aantal Bootlaces dat de jongens voor een penny konden kopen, dezelfde prijs als twee Sherbert Suckers. Dit waren de goedkoopste opties in de winkel, de reden waarom ze Roald’s favoriete snoepjes waren.

1 – het aantal Gobstoppers dat je voor een stuiver kon kopen.

1 uur – de tijd dat Roald aan een Gobstopper kon zuigen.

4 – het aantal kleuren dat een Gobstopper kon doorlopen; eerst roze, dan blauw, dan groen en dan geel.

Boven: De voormalige plaats van de snoepwinkel in Roald Dahl’s geboorteplaats Llandaff, Wales, waar de jonge Roald een grap uithaalde met de eigenaresse, mevrouw Pratchett. In 2009 werd een blauwe plaquette geplaatst ter herinnering aan de rol die de winkel speelde in het leven van Dahl en zijn autobiografie Boy (Credit: Jvhertum / Eirian Evans, via Wikimedia Commons).

The Great Mouse Plot

De snoepwinkel die Roald en zijn vrienden bezochten, in het dorp Llandaff, werd gerund door een angstaanjagende vrouw genaamd mevrouw Pratchett, die Roald later zou beschrijven als “een kleine magere oude heks met een snor op haar bovenlip en een mond zo zuur als een groene kruisbes” en die snoepjes uit de winkel viste met handen die “walgelijk waren…zwart van vuil en viezigheid” (Boy, 1984).

9 – Roalds leeftijd ten tijde van het incident.

september 1925 – de maand en het jaar waarin het Plot plaatsvond.

6p – het minimumbedrag dat je in de winkel van mevrouw Pratchett moest uitgeven als je verwachtte een zakje te krijgen; anders kreeg je je snoepjes in oude kranten gewikkeld.

1p – het bedrag dat Thwaites uitgaf om mevrouw Pratchett af te leiden, door slechts één Liquorice Bootlace en één Sherbert Sucker te kopen.

Nadat Roald en vier medeplichtigen stokslagen hadden gekregen voor ‘Het Grote Muizen Plot’ (waarbij ze de eigenaresse van de snoepwinkel, mevrouw Pratchett, terroriseerden door een dode muis in een pot met gobstoppers te stoppen), gaf zijn woedende moeder Sofie eerst het schoolhoofd een berisping en haalde Roald het volgende schooljaar uit Llandaff.

St. Peter’s Preparatory School

1925 – het jaar dat Roald door zijn moeder van Llandaff Cathedral School werd verwijderd en naar een kostschool werd overgeplaatst, St. Peter’s Preparatory School in Weston-super-Mare, op 9-jarige leeftijd.

Repton Public School

1930 – het jaar waarin Roald, nu 13 jaar oud, naar Repton Public School in het dorp Repton, Derbyshire, ging. Hij kwam in januari, een termijn later dan de meeste andere leerlingen, en verbleef in The Priory in High Street (tegenwoordig nog steeds een jongenshuis voor de school).

2 – het aantal muisjes dat Roald in die tijd als huisdier had, Marmaduke en Montague. Hij moest ze thuis achterlaten toen hij naar Repton vertrok.

12 – het typische aantal nieuwe chocoladerepen dat de banketbakker Cadburys af en toe naar Roald en zijn collega-jongens van Priory House op Repton Public School stuurde, om ze te proeven en te beoordelen. De jongens proefden de chocola ‘blind’ en vulden een checklist in om elk nieuw product een cijfer te geven.

17 – de leeftijd waarop Roald de Repton Public School verliet, in juli 1934.

Nee, dank je. Ik wil meteen na school voor een bedrijf gaan werken dat me naar prachtige verre oorden stuurt, zoals Afrika of China. – Roalds antwoord aan zijn moeder toen haar de mogelijkheid werd geboden om in Oxford of Cambridge te gaan studeren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *