Overal op drie continenten wedijveren afscheidingsbewegingen om nieuwe, onafhankelijke staten te stichten.
Van Catalonië tot Taiwan oefenen separatisten in toenemende mate druk uit op nationale regeringen die de mogelijkheid van een nieuwe breuk onder ogen zien.
CNBC bekijkt wat er nodig is om een land van de grond af op te bouwen.
Wie mag een staat vormen?
Het aantal landen in de Verenigde Naties is gegroeid van 51 erkende staten in 1945 tot 193 staten vandaag.
Er zijn geen officiële internationale regels, maar er zijn wel richtlijnen voor afscheidingsbewegingen.
In de Conventie van Montevideo, die in 1933 in Uruguay werd gehouden, stond dat een gebied aan vier voorwaarden moet voldoen om een staat te worden; een permanente bevolking, een afgebakend grondgebied, een regering en het vermogen om betrekkingen met andere natiestaten aan te gaan.
Andere voorwaarden moeten worden vervuld, waaronder duidelijk bewijs dat een meerderheid van de bevolking in vrijheid voor onafhankelijkheid heeft gekozen, dat minderheden welkom zijn en gerespecteerd worden. Een staat moet ook in staat zijn echtscheidingsvoorwaarden overeen te komen met het land waarvan het zich afscheidt.
In de praktijk blijkt het voor velen moeilijk aan alle richtlijnen te voldoen.
Waarom is het zo moeilijk aan te voldoen?
Nationale regeringen verzetten zich bijna altijd tegen afscheiding.
Taiwan is een democratische staat in bijna alles behalve naam. Het heeft sinds 1947 een eigen grondwet en functioneert sinds 1950 als een autonome staat. In tegenstelling tot het vasteland van China heeft Taiwan democratisch gekozen leiders en was het de eerste plaats in Azië die zich uitsprak voor het homohuwelijk.
De Chinese president Xi JinPing beschouwt Taiwan echter als een provincie en heeft druk uitgeoefend op landen om geen diplomatieke betrekkingen met hen te onderhouden. Slechts 19 landen, samen met het Vaticaan, erkennen Taiwan officieel.