Een enkele wijsvinger die verticaal wordt gehouden, wordt vaak gebruikt om het cijfer 1 voor te stellen (maar het tellen van vingers verschilt per cultuur), of wanneer hij omhoog wordt gehouden of van links naar rechts wordt bewogen (vingerzwaai), kan het een vermanend gebaar zijn. Als de hand met de palm naar buiten wordt gehouden en de duim en middelvinger elkaar raken, staat het voor de letter d in het alfabet van de Amerikaanse gebarentaal.
Wijzen
Het wijzen met de wijsvinger kan worden gebruikt om een voorwerp of persoon aan te wijzen.
Omstreeks de leeftijd van één jaar beginnen baby’s te wijzen om relatief complexe gedachten over te brengen, waaronder belangstelling, verlangen, informatie en meer. Wijzen bij baby’s kan wijzen op de theory of mind, of het vermogen om te begrijpen wat andere mensen denken. Dit gebaar kan een basis vormen voor de ontwikkeling van de menselijke taal. Niet-menselijke primaten, die niet het vermogen hebben om ideeën te formuleren over wat anderen denken, gebruiken wijzen op veel minder complexe manieren. Honden en olifanten begrijpen vingerwijzen echter wel.
In sommige landen, met name bij de Maleisiërs in Maleisië, is wijzen met de wijsvinger onbeleefd; daarom wordt in plaats daarvan de duim gebruikt.
BegroetingEdit
In Nederland is het opsteken van de wijsvinger met de handpalm naar iemand toe een begroeting.
Wijzen met de wijsvinger in de islamEdit
In de islam betekent het opsteken van de wijsvinger de Tawhīd (تَوْحِيد), die de ondeelbare eenheid van God aanduidt. Het wordt gebruikt om de eenheid van God uit te drukken (“er is geen god dan Allah”).
In het Arabisch wordt de wijs- of voorvinger musabbiḥa (مُسَبِّحة) genoemd, meestal gebruikt met het bepaalde lidwoord: al-musabbiḥa (الْمُسَبِّحة). Soms wordt ook as-sabbāḥa (السَّبّاحة) gebruikt. Het Arabische werkwoord سَبَّحَ – dat dezelfde wortel heeft als het Arabische woord voor wijsvinger – betekent God loven of verheerlijken door te zeggen: “Subḥāna Allāh” (سُبْحانَ الله).
Oud Romeins gebruikEdit
Romeinen gebruikten de wijsvinger tijdens het vechten omdat de wijsvinger bevestigde dat de vijand zich voor hen bevond.