Pietà is een van de drie gangbare artistieke voorstellingen van een bedroefde Maagd Maria, de andere twee zijn Mater Dolorosa (Moeder van Smarten) en Stabat Mater (hier staat de moeder). De andere twee voorstellingen komen meestal voor op schilderijen en niet in beeldhouwwerk, hoewel gecombineerde vormen bestaan.
De pietà ontwikkelde zich in Duitsland (waar hij “Vesperbild” wordt genoemd) rond 1300, bereikte Italië rond 1400, en was vooral populair in Midden-Europese Andachtsbilder. Veel Duitse en Poolse 15de-eeuwse voorbeelden in hout leggen sterk de nadruk op de wonden van Christus. De Afzetting van Christus en de Bewening of Pietà vormen de 13de van de Kruisweg, en ook een van de Zeven Smarten van de Maagd.
Hoewel de pietà meestal de Maagd Maria toont die Jezus vasthoudt, zijn er ook andere composities, waaronder die waar God de Vader deelneemt aan het vasthouden van Jezus (zie galerij hieronder). In Spanje houdt de Maagd vaak één of beide handen omhoog, soms met het lichaam van Christus op de grond gezakt.
MichelangeloEdit
Een beroemd voorbeeld van Michelangelo werd uit een blok marmer gehouwen en bevindt zich in de Sint-Pietersbasiliek in Vaticaanstad. Het lichaam van Christus is anders dan de meeste vroegere piëta-beelden, die meestal kleiner en van hout waren. De Maagd is ook ongewoon jeugdig, en in rust, in plaats van de oudere, treurende Maria van de meeste pietà’s. Zij wordt jeugdig afgebeeld om twee redenen: God is de bron van alle schoonheid en zij staat het dichtst bij God, bovendien wordt de buitenkant gezien als de openbaring van de binnenkant (de maagd is moreel mooi). De Pietà met de Maagd Maria is ook uniek onder Michelangelo’s beeldhouwwerken, omdat het de enige was die hij ooit signeerde, nadat hij had gehoord dat bezoekers dachten dat het was gebeeldhouwd door Cristoforo Solari, een concurrent. Zijn handtekening is gekerfd als MICHAELAGELUS BONAROTUS FLORENTIN FACIEBA “Michelangelo Buonarroti de Florentijn heeft het gedaan”.
In een minder bekende pietà van Michelangelo, De Depositionering (ca. 1547-1555) is het niet de Maagd Maria die Jezus’ lichaam vasthoudt, maar eerder Nicodemus (of mogelijk Jozef van Arimathea), Maria Magdalena en de Maagd Maria. Er zijn aanwijzingen dat de man met de kap gebaseerd is op een zelfportret van de kunstenaar. Het beeld bevindt zich in het Museo dell’Opera del Duomo in Florence en is ook bekend als de Florentijnse Pietà.
Een generatie later schilderde de Spaanse schilder Luis de Morales een aantal zeer emotionele piëta’s, met voorbeelden in het Louvre en Museo del Prado.